Het begon allemaal met deze uitspraak vorig jaar. Nadat ik zojuist de 4 x 40 kilometer lachend had volbracht, riep ik vol bravoure (en naïviteit): ‘Volgend jaar de 4 x 50 kilometer!’ Immers, als je zonder training 160 kilometer kan wandelen, dan kun je met een beetje training ook wel 200 kilometer volbrengen.
En aangezien ik meestal niet aan loze uitspraken doe, staan de zaken er op dit moment inderdaad zo voor dat ik over 4 weken om 4:00 ’s ochtends aan de start sta van een meerdaags avontuur waarvan ik halverwege wellicht nog wel eens spijt zou kunnen krijgen. Niet dat ik bang ben dat ik de afstand niet haal. Maar wel omdat het ver is. Potjandorie, hartstikke ver.
Want voor wie geen ervaring met wandelen heeft en zich geen voorstelling kan maken van wat het is om 50 kilometer op een dag te wandelen. Wandelen gaat langzaam. Tergend langzaam. Zo langzaam dat je met die 50 kilometer toch al vlug 10(!) uur bezig bent en dan loop je met zo’n tempo (inclusief pauzes) zelfs best nog wel een beetje door. Tel daar nog eens bij op dat je iedere ochtend(/nacht) om 4:00 moet starten en we daarvoor ook nog eens een uurtje onderweg zijn richting de start… Dat worden dus dagen van om 2:00 opstaan, lopen, lopen, lopen, eten, slapen en dan maal vier.
Waarom ik het doe? Ja, das een hele goede vraag. En het klinkt misschien raar, maar ik doe het toch echt omdat het stiekem gewoon een feestje is. Zie het als zomercarnaval, maar dan wandelen. Het is één grote meute van feestende mensen, vrolijke wandelaars, een beetje afzien, maar vooral heel erg genieten. Zo erg dat ik er vorig jaar zelfs een beetje van af moest kicken. Zo leuk was het.
Maar ja, toen liep ik 4×40. En 4×50 is toch echt andere koek. Maar ik ‘moet’ wel. Niet omdat ik dat vorig jaar zo hard geroepen heb. Maar wel omdat die lange ook mee gaat doen. En mannen onder de 50 jaar gewoonweg volgens de regels geen andere keuze hebben dan voor de 50 kilometer te gaan. En om die arme jongen nou alleen te laten lopen…
Dus gaan we samen. Gedeelde smart is immers halve smart en gedeelde vreugd toch weer dubbele vreugd.
Alleen dat trainen hè… Man man man, wat duurt dat lang! Daar waar je bij het trainen voor hardloopwedstrijdjes nog prima iets van een dag overhoudt, ben je met wandelen gewoon de hele dag kwijt. Inmiddels zit er een 30’er, 40’er en 50’er in the pocket en gokken we het erop dat we daarmee de finish wel zullen halen. De dood of de gladiolen. Achterlijk als een gladiool zijn we alvast en een beetje doodgaan onderweg zullen we zeker.
Maar eerlijk? Ik heb er stiekem gewoon hartstikke zin in!
Geloof je niet hoe leuk de Vierdaagse is? Bekijk hieronder de vlogs van vorig jaar terug (en wees gewaarschuwd dat je wellicht komend jaar ook wel mee wil doen!):
Vierdaagse dag 1
Vierdaagse dag 2
Vierdaagse dag 3
Vierdaagse dag 4
Als Nimwegenaer kan ik beamen dat de vierdaagse geweldig is. Ik heb hem 3x uitgelopen en ben 1x uitgevallen maar alleen steeds de 40 km. Ik begon altijd in januari te trainen en ieder weekend deden we een of meer wandelmarsen. Ik moest echt trainen. Bij mij ging het niet vanzelf. Mijn zus liep probleemloos, ook de 50 km. Ik wil nog wel een keer maar ik stel het nog even uit totdat we wat meer de baas zijn over de vakantietijd dan nu met schoolgaande kinderen.
Nou zet hem op met zijn tweetjes. Groetjes,
Dorothé
Kijk, nog een echte ‘Vierdagenaar’! Ja, dat wandelen is een vak apart. Ik heb het gelukkig met de paplepel ingegoten gekregen, maar Sjoerd moet er iets harder zijn best voor doen. Gelukkig voelt de Vierdaagse als een feestje. Op naar de Via Gladiola!