Een rondje van 5 km. Dat is ooit de start geweest van mijn hardloop ‘carrière’. Een rondje dat in eerste instantie niet zoveel leek, maar wat na een paar minuten rennen, puffen en lopen toch een stuk verder bleek te zijn dan gedacht. Hoe moest ik dit ooit aan één stuk gaan voldhouden?!
De welbekende ‘ren-wandel’-methode bleek de oplossing. Eerst een stukje rennen, dan een stukje wandelen. Rennen, wandelen, rennen wandelen. Vloekend, kreunend en steunend breidde ik mijn renminuten steeds wat verder uit. Totdat ik op een dag in plaats van 5 meter, ineens 5 kilometer zonder moeite wist af te leggen.
Echt beginnen met consistent hardlopen begon ik in de laatste jaren van mijn studententijd. Dankzij veel binnen en achter de computer zitten schreeuwden mijn lijf en longen af en toe om wat frisse lucht. Al snel kwam ik erachter dat zo’n rondje op de hardloopschoenen niet alleen een oplossing was voor zuurstofgebrek, maar ook om mijn studiebeslommeringen even achter me te laten daarna met frisse moed weer verder te kunnen gaan.
In september 2009 liep ik mijn eerste hardloopwedstrijd: 10 km tijdens de Bridge to Bridge loop in Arnhem. In een tijd van 55:55 kwam ik binnen. Een kick! Nu begon het rennen pas echt leuk te worden.
Al gauw volgde nog wat loopjes en met steeds een nieuw doel voor ogen begon ik mijn trainingskilometers uit te breiden en stond ik precies een jaar na die eerste 10 km tijdens hetzelfde evenement aan de start van de 10 engelse mijl (16,1 km).
In oktober 2010 volgde uiteindelijk mijn eerste echte mijlpaal: de halve marathon van Doetichem. Nooit eerder had ik zo lang en zoveel kilometers achter elkaar gelopen. Gelukkig bleek dit, net zoals het regenachtige weer, geen belemmerende factor te zijn. Ik had genoeg getraind, de flow goed te pakken en 1:50:34 nadat het startschot had geklonken kwam ik binnen over de finishlijn. Wat was dit een geweldig gevoel!
Met de euforie nog in mijn hoofd begon ik stiekem langzaam over een hele marathon te dromen. Hoe zou dat zijn? Zou ik dat kunnen? Hoe zou het voelen? Lang heb ik echter niet mogen dromen, want dankzij een blessure werd ik al snel weer met mijn beide hardloopvoetjes op de grond gezet. Tegen te veel, te snel en te enthousiast bleek mijn lichaam niet helemaal te kunnen. Ik was weer terug bij mijn rondje van 5 km en de marathon leek verder weg dan ooit.
December 2012.
Twee jaar nadat ik vanwege een blessure het hardlopen op een lager pitje heb moeten zetten, begint de droom over een marathon weer steeds vaker in mijn slaap te verschijnen. Nadat ik eerder dat jaar nog 6 maanden op reis ben geweest (waarbij de hardloopschoenen hoogstens 5 keer uit de backpack zijn gekomen), ben ik sinds juli weer regelmatig aan het trainen en lijkt mijn oude vorm weer terug te keren.
Het is dan ook op tweede kerstdag dat mijn vader (die al meerdere marathons en ultralopen op zijn naam heeft staan) mij vraagt: ‘En, wat denk je? Oktober 2013, wij samen, de marathon van Amsterdam?’
En zo geschiedde….
Van een rondje van 5 km, naar een hele grote ronde van 42,2 km. Een ronde die ik nu vast nog alleen maar kreunend, steunend en wandelend kan volbrengen. Maar die ik hopelijk over 9 maanden met voldoende training in een mooie tijd uit kan rennen.
Amsterdam, here I come!