Juich niet te vroeg, is een les die je nooit mag vergeten.
Het is zaterdagochtend. Vijf voor half acht. Met een slaperig hoofd sta ik voor het startblok van baan 5 een badmuts over mijn net-uit-bed-look te trekken, als ineens de trainer naast me komt staan. “Ik heb je blog gelezen. Leuk stukje heb je geschreven.”
Met de blik van een blije kikker (de zwembril was inmiddels opgezet) kijk ik hem aan. “Dankjewel”, zeg ik.
De trainer glimlacht. “Altijd leuk om te lezen hoe de trainingen bij mensen verlopen. Hoe het ze afgaat. Of, hoe mákkelijk het ze afgaat.”
Terwijl hij dit zegt legt hij geruisloos het schema voor vandaag voor me neer. “Succes weer vandaag”, zegt hij. En loopt door naar de volgende baan.
Ik sta ondertussen nog steeds aan de kant voor het startblok van baan 5 en denk na. Zei hij nou echt “hoe mákkelijk het ze afgaat?” Ja, ik was stoned. En blij. En ja, het ging die training best wel lekker. Heel erg lekker zelfs. Maar, mákkelijk? Het is niet dat het vanzelf ging ofzo. En alsof ik denk dat ik dit allemaal ook wel even zo makkelijk doe. Straks denkt ie nog dat het chloor mij naar de hersenen is gestegen! Dat ik het hoog in mijn bol heb ofzo. Met luchtbellen in de vorm van medailles.
Lang tijd om na te denken had ik echter niet. De grote digitale zwembadklok gaf aan dat het half acht was en dat we toch echt aan het programma van vandaag moesten gaan beginnen.
“Ah, lekker veel kort werk”, zei een mede baan-5-genootje naast me. “Valt wel mee dus vandaag.” Ik zag echter nog steeds de glimlach van de trainer voor me. De glimlach die samenviel met het woord ‘makkelijk’, waardoor ik zo’n vaag vermoeden had dat deze training wel eens iets heel anders zou kunnen worden dan dat.
Inmiddels is het bijna 8 uur later en weet ik zeker dat het een heel andere training is geweest dan die glimlach deed vermoeden. Chloorstoned? Chloorkapot zul je bedoelen! Af. Klaar. Moe. Stuk. Zelfs de spinningsessie die ik voor vanmiddag gepland had staan heb ik om het leuk te houden maar even verplaatst naar morgenochtend. Ja ja, trainer, je leest het (als je dit leest) goed: zo makkelijk was het vandaag niet. Verre van!
Maar wie verzint er dan ook om op zaterdagochtend een uur in te plannen met sprintsessies? Was ik net gewend aan het fijne ‘stonertempo’ waarin ik als een blije garnaal voor het eerst lange sessies kon afwerken, moet ik ineens op ‘Speedospeed-snelheid’ harder dan hard al mijn borstcrawlbaantjes gaan afwerken! Van 4 keer een serie 50 meter borstcrawl op 80%, 25 meter borstcrawl op 75% en 25 meter op 90%. Tot 12 keer 25 meter afwisselend op 80 en 90%. Het is dat ik buiten sportendorfines niet aan stimulerende middelen doe, anders had ik gezegd: geef me maar zo’n pilletje waar je uren lang lekker hard op door kan gaan.
Snelheidstrainingen in het water. Ik vind het nogal wat. Ja, gisteren was ik ook stuk na een pittige intervaltraining op de loopschoenen, maar geloof mij, dat is toch echt anders wanneer je in het water ligt. A kun je tijdens het lopen ademhalen wanneer je wil. B kun je ook gewoon stoppen als je niet meer kunt, even uithijgen en weer doorgaan. In het zwembad daarentegen lig je met je borstcrawl toch voor een groot deel met je hoofd in het water. Je plant je ademmomenten wel, maar moet niet de fout maken een extra teug lucht te willen happen als je net met je hoofd nog omlaag ligt. Bovendien wil je ook nog wel eens boven water water happen. Van een spetterende tegenligger bijvoorbeeld. Moe worden tijdens zwemmen gaat dus soms letterlijk gelijktijdig gepaard met claustrofobisch ademhappen. Om over stil vallen nog maar te zwijgen. Tenzij je dat wil doen op de bodem van het zwembad.
Maar goed, ‘nobody said it was easy’. Zware trainingen horen erbij. Wie een bikkel wil worden, moet ook een bikkel zijn. Hoewel ik me halverwege de training dus ernstig afvroeg hoe ik het andere half uur moest gaan overleven, stapte ik uiteindelijk toch netjes om half negen het bad uit. Moe. Kapot. Chloorstuk in het kwadraat. Geen blije garnaal ditmaal, maar wel een trotse ‘clownfish’ (met dank aan de kikker-ogen van het zwembrilletje – Nee, charmant kun je zwemmen niet noemen!).
Stoned van blijdschap of stoned van moeheid. Eén ding weet ik in ieder geval zeker: Juich nooit, maar dan ook nooit te vroeg. Zeker niet op je blog! Je weet immers maar nooit wie het leest en wat je trainer de volgende keer voor je in petto heeft!

Haha, wat een gemene trainer heb jij toch. Volgende keer worden het kikkersprongen denk ik aan zijn reactie te zien.
Vind het wel superknap dat je er zo vol induikt en er helemaal voor gaat. Go clownfish!
Ha Elsa, met de gemeenheid van de trainers valt het wel mee hoor! Het is pittig, maar als ik zie hoeveel vooruitgang ik boek, doen ze toch iets goed 😉 Een beetje doorzetten kan soms geen kwaad. Anders kom je nooit van die 2 baantjes borstcrawl tot 1500m 🙂
Ik lees nu zaterdagavond (23.30 uur) weer je blog. Het effect is een grote glimlach op mijn gezicht. Ik heb mijn zwemmers echter nog nooit als kikkers bekeken. Dit maakt de trainingen er nog leuker op.
Lieverd,
Knap hoor en ik ben onder de indruk.
Hermy
lekker bezig hoor, zouden intervals in het water ook een positief effect hebben voor hardlopen? Me nog nooit mee bezig gehouden.
Geen idee! Heb wel het gevoel dat ik door het zwemmen an sich wel beter ga lopen. Je traint toch uithoudigsvermogen en – héél belangrijk – je core! Heb dus wel echt het gevoel dat ik door de afwisseling van mijn sporten op alle gebieden sterker word. Zelfs al is het af en toe afzien 😉