Uitdagingen. Daarvan heb ik er de afgelopen weken wel genoeg van op mijn lijstje gezet. Voordat ik me echter vol overgave op die nieuwe doelen, avonturen en challenges ga storten, had ik eerst nog een ander doel dat al een tijdje op stapel lag van ‘daar moet nog iets mee gebeuren’: mijn allereerste 5 kilometer loop.
Jawel, u hoort het goed: mijn eerste 5 kilometer. Niet dat ik die afstand nog nooit heb volbracht (dat zou wat zijn!), maar wel omdat ik die afstand nog nooit officieel in wedstrijdverband heb gelopen. En zoals mijn vriendin Anne al zei: ‘Zonder 5 kilometer ook geen marathon’. Dus tja, dan moet je wel. Berlijn wil immers dat ich dabei bin, dus dan zit er niet veel anders op dan dit varkentje gewoon maar eens te gaan wassen.
En ach, als we dan toch bezig zijn: waarom maken we er dan niet meteen gewoon een gezellige TRYtleet ochtend van? Het toeval geschiedde namelijk dat er zaterdag een leuke bosloop in de buurt was. Dat betekende dus dat ik prima 12,5 km op de (oma)fiets heen kon fietsen, dan 5 kilometer kon gaan knallen, om vervolgens weer 12,5 kilometer terug te fietsen. Nog niet helemaal zoals het bij een triatlon hoort te gaan, maar hé, je moet ergens beginnen! Ieder klein stapje is er een. Sjoerd was overigens al lang blij dat ik er geen echt tryatlon-dagje van ging maken. Van zwemmen moet hij niets weten, maar op de fiets mee als supporter vond hij wel gezellig.
En zo vertrokken we zaterdagochtend dus richting Ede voor de 47e Horaloop van atletiekvereniging Climax. Koud en wind tegen, maar als je lang genoeg fietst krijg je het vanzelf lekker warm. Wel vroeg ik mij af of zo’n fietstocht nou de beste voorbereiding was voor een snelle 5 km. Niet dat ik bepaalde verwachtingen had (dat is het mooiste aan een eerste keer; een PR is het altijd), maar onder de 25 minuten duiken zou toch wel leuk en haalbaar moeten zijn. Maar goed, eerst nog op de plaats van bestemming zien te geraken. Toch wel blij dat Sjoerd mee was liet ik hem ook maar meteen de topografische prestatie van die dag op zich nemen. Al slingerend door de tochtige binnenwegen en de kronkelende straatjes van Ede kwamen we mooi op tijd aan op de plaats van bestemming.
En mooi op tijd heet mooi op tijd, want heel ruim op tijd waren we niet. Met nog 10 minuten tot het startschot te gaan was er zelfs geen tijd meer voor een plasje, terwijl ik daar onderweg op de fiets nog wel op had zitten hopen. Waar is de dixie als je hem nodig hebt? Niet in het startgebied in ieder geval en ook op de rest van het terrein was niet echt een beschut plekje te vinden waar ik enigszins in de anonimiteit mijn blaas kon legen. Nou ja, dan niet. ‘Het is maar 5 kilometer’, probeerde ik mijn plasdrang tegen te spreken. Hop, het startvak in! Niet denken, maar lopen!
En daar liepen we al. Met het klinken van het startschot was ik mijn volle blaas spontaan vergeten en concentreerde ik me op het eerste bospad waar we inliepen. Mul los boszand en ik bedacht me dat ik me eigenlijk helemaal niet had ingelezen over de loop of de route. Dat een bos onverharde en heuvelachtige paadjes kent dat weet ik wel, maar hoeveel het er zouden zijn en of alles onverhard was, daar had ik eigenlijk geen idee van. Ach, misschien maar goed ook. Als je niets verwacht is alles een verrassing. De vraag is natuurlijk of het een aangename of onaangename verrassing zal zijn.
Gelukkig ben ik met de Utrechtse Heuvelrug als achtertuin wel wat gewend. Ik had dus al snel door dat ik met die heuveltjes in het voordeel was ten opzichte van andere lopers. Snelde sommigen mij eerst nog voorbij, na de eerste heuvel kon ik al meteen weer wat mensen achter mij laten. Van het onverharde bospad kwamen we ook al snel een fietspad op. Ik liep lekker. Vlot tempo, maar niet zo snel dat ik niet meer ontspannen kon lopen. Mooi! Precies wat ik voor ogen had. Ik wilde namelijk wel onder die 25 minuten duiken, maar ik wilde me niet koste wat kost helemaal stuk lopen en alles eruit halen wat erin zit. Zo’n 5 kilometer klinkt namelijk wel kort, maar kan met een te snelle start alsnog venijnig uit de hoek komen. Tenminste, dat nam ik zelf gemakshalve maar aan. Bovendien, het zou zonde zijn meteen bij mijn eerste poging zó’n strakke tijd neer te zetten, dat er daarna weinig ruimte over blijft voor verbetering. Daarnaast had ik ook echt geen idee wat mogelijk zou zijn op deze afstand, dus we liepen gewoon vlot maar soepel door.
En dat is het fijne van de 5 kilometer. Net op het moment dat je denkt, ‘nu begint het wel wat pittig te worden’, is het alweer bijna voorbij. Het groepje waar ik de eerste 2 kilometer bij liep had ik inmiddels achter mij gelaten en voor zover ik me herinner is daarna de rest van de race ook niemand meer langs mij gekomen. Vlak voor het 4 kilometerpunt kreeg ik een dame in het paars in het vizier. Ik zag van verre al dat ze het zwaar had en toen ik haar uiteindelijk voorbij kwam hoorde ik haar zo hard hijgen dat ik er niet meer vanuit ging dat ze mij de laatste kilometer nog voorbij zou sprinten. Langzaam hoorde ik de speakers weer naderen en ineens hoor ik in de verte ook heel hard mijn naam. ‘Sanne, Sanne!’. Dat was Lia! Lieve enthousiaste Lia die een uur later de 10EM zou lopen, maar nu samen met Sjoerd stond te kijken wanneer ik de bocht om kwam vliegen. En vliegen deed ik. Want in plaats van dat ik nog een ommetje om het kasteel moest maken – wat ik met mijn topografisch niet zo goed ingestelde brein dacht – lag daar de finish alweer! Nog even aanzetten dus en hoppa! Done! Waarom heb ik die 5 kilometer niet veel eerder gedaan? Wat een leuke, fijne afstand! Lang genoeg om te knallen en kort genoeg om niet helemaal stuk over de finish te gaan. Prachtige route bovendien. Heb ik mijn bosvitamines ook weer meegepakt. Het is dat we nog een stukkie terug moesten fietsen, anders had ik gezegd: ‘Nog een rondje?’
Dan maken we er nog maar even een sociaal rondje van. Natuurlijk Lia even bedanken voor haar luidkeelse aanmoedigingen én…eindelijk twitter-loopmaatje Marjolein eens ontmoeten! Terwijl we stonden te praten stond ze met een half oog de finish in de gaten te houden, waar haar vader ieder moment over kon komen. Zelf zou ze een half uur later de 10 kilometer met haar zus lopen, die ze uiteindelijk samen hand in hand in een prachtige tijd volbrachten.
En dan denk je eindelijk aan de laatste etappe van je tryatleet ochtendje te beginnen, komt daar ineens nog even Mart aangespurt! Mede-loper en blogger op Dutchroadrunner. Hij herkende mij aan mijn rode haar. Ik geloof dat ik de rest van mijn ‘loopcarrière’ geen andere kleur meer kan aanmeten. Rood is inmiddels bijna mijn trademark geworden!
Rood waren ook de wangen van arme Sjoerd die het inmiddels na al dat wachten toch wel koud begon te krijgen (tja, had ie maar mee moeten lopen!). Op de fiets terug dus maar. Wind mee dit keer. Ook niet verkeerd! En thuis naar het toilet. Ik mocht mijn volle blaas dan wel even zijn vergeten, hij mij niet!
Eenmaal leeg, op, uit, met een heerlijk voldaan gevoel op de bank geploft. Een gevoel dat nog ‘voldaner’ werd toen ik online bij de uitslagen zag dat mijn officiële eindtijd 23:12 netto was. Toch goed voor een 6e plaats bij de vrouwen tot 35 jaar. Ik zeg: de eerste proefsessie tryatlonning is geslaagd. En die eerste 5 kilometerloop ook. Op naar het tryen van nog meer moois!
Super goed! Door je enthousiaste verslag heb ik ook helemaal zin om weer eens aan een 5km wedstrijd mee te doen 🙂
Kijk, dat is leuk! Gewoon doen! Er wordt genoeg georganiseerd dus binnenkort lekker knallen 🙂
Toch mooi dat je je eerste triatlon training bij mij in de achtertuin hebt volbracht! 800m van mijn huis maar elkaar helaas niet ontmoet!
Dat is toch jammer ja! Volgende keer beter dan maar? 🙂