Een stapje terug om vooruit te gaan

Verder, harder, sneller, beter.
Wie een klein beetje verslingerd is aan hardlopen kan zich in bovenstaande woordencombinatie vinden. Immers, wie verslaafd is wil meer. Steeds een stapje verder, steeds een stapje harder en steeds een stapje sneller. Altijd beter worden en altijd vooruit.

Zo ook tijdens de ‘vader-dochter’-loopjes die ik sinds twee maanden ongeveer wekelijks met mijn vader maak. Het begon in aanloop naar de halve marathon met een duurloop van zo’n 15 tot 17 kilometer. Als snel werden deze loopjes uitgebreid tot 18, 20 en soms zelfs 22 kilometer. En met snel, bedoel ik ook letterlijk snel. Want hoewel we van tevoren steeds afspraken dat we deze duurlopen op een rustig tempo zouden doen, liepen we toch al vlug kilometers van rond de 5:10 en 5:08 per minuut. Steeds als mijn Garmin dreigend piepte dat we weer een snelheidsovertreding riskeerden, lachten we even schamper naar elkaar, riepen dat we ‘nu toch echt wat gas moesten terugnemen, om vervolgens gewoon op hetzelfde tempo door te blijven lopen. Hoezo struisvogelpolitiek?

Maar goed, een training is een training en die slaan we niet graag over. Naast de duurlopen met mijn vader bleef ik dus ook doordeweeks nog 3 keer op tempo doorhobbelen. Met blik op oneindig en mijn gedachtes al een beetje bij de marathon, verslond ik de ene kilometer na de andere. Opgebouwd moest er worden. Getraind. Verder, harder, sneller, beter. Totdat je erachter komt dat verder, harder en sneller niet per definitie altijd beter is. Zo begon de knie van mijn vader op te spelen. Stijf en op slot. En dat voor iemand die toch de nodige kilometers aan training en ervaring met zich meedraagt. Ook ikzelf begon de moeheid in mijn benen te voelen. Weet ik het eerst nog aan de kopzorgen rondom de banenromslomp en het afmattende horecabaantje dat ik tijdelijk had aangenomen. Al snel moest ik toegeven dat het misschien toch ook wel aan het trainingsschema van de afgelopen tijd zou kunnen liggen. Te veel, te snel, te hard en daardoor juist niet zo goed.

Gelukkig is ‘fouten’ maken menselijk en had de roes van de runnershigh nog niet mijn vermogen tot verstandig denken aangetast. Ja ok, ik ben wat enthousiast van start gegaan. En ja, nu al in een constante stroom kilometers blijven opbouwen is met 7 maanden tot de marathon nog een beetje voorbarig. Maar ik ben er op tijd bij. Teruggefloten vóór de overtreding. En voordat blessures roet in het eten kunnen gooien. Dat zeurderige gevoel bij mijn linkerscheenbeen is een teken. Niet om vooruit te blijven gaan. Maar juist om een stapje terug te nemen. Even de pas inhouden, zodat juist in aanloop naar de finishlijn nog genoeg energie over is.

Eén kleine kanttekening: de Drielandenloop in Losser die we komende maandag in de planning hebben staan. Niet om paaseieren te zoeken, maar om 25 kilometer door Nederland en Duitsland te maken (Wat het derde land is? Geen idee!) Gaan we hier nog voor of zetten we het verstand nu al in? De keuze is moeilijk. In afwachting van de knie van mijn vader hakken we morgen de knoop door.

Verder, harder, sneller, beter. Wie eenmaal verslaafd is…


2 reacties op ‘Een stapje terug om vooruit te gaan

  1. meerdere korte intervaltrainingen zijn ook beter toch als training dan die lange afstanden? (je moet ze wel af en toe doen, maar 1x per week is best vaak denk ik….)

    1. Dag Lotje,
      Ik weet niet of intervaltrainingen beter zijn. Maar denk wel dat afwisseling sowieso goed is. Eén lange duurloop per week komt in veel schema’s voor. Maar dan moet je ze wel wat rustiger lopen dan ik nu doe en de trainingen eromheen wat anders doen. Al doende leert men gelukkig, dus meer afwisseling in het trainingsschema wordt aan gewerkt!

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s